Ik ben alleen in dit
door god verlaten land
Je voetstap galmt
nog tergend in mijn oren
Ik voel je vingers nog
die in mijn handpalm lagen
en zie je ogen blinken
in de late zon
Maar toen de avond kwam
toen heb je me verlaten
Ter gelegenheid van Gedichtendag en Valentijn liet RTV in de maand januari een aantal dichters aan het woord na elke uitzending van “Bladwijzer”, het boekenprogramma van deze regionale zender.
Voor de opnames begaven Runa S. en ik ons in de Vlaamse modder rond de Schelde, op zoek naar een windturbine voor haar gedicht en naar een stukje onbezoedelde stroom voor het mijne.
Voor het Valentijnsgedicht mocht ik ironisch genoeg plaatsnemen bij de Dijkgravin. Voor deze dijk van een vrouw wilde ik natuurlijk graag mijn gedicht “Ode aan mijn pen” voordragen.
Het gedicht “Water” van johanna pas kan je hier bekijken op 10:22
of hier op youtube.
Het gedicht “Ode aan mijn pen” van johanna pas kan je hier bekijken op 10:00 (maar kijk eerst naar de prachtige uitzending over de nieuwe bundel van André Sollie) of hier op youtube.
Het gedicht “Windturbines” van Runa S. vind je hier op 10:18
Elke tweede donderdag van de maand vindt in café Den Hopsack de poëzieavond van de Muzeval plaats. Vanaf 20u staat er een gastdichter op het podium die een voordracht geeft uit eigen werk. Na de pauze – die je in dit gezellige bruine café binnen bij den toog of buiten bij de rokers kan doorbrengen – is er een vrij podium en kan iedereen die wil en zich heeft aangediend enkele minuten voorlezen.
Op 9 februari 2012 was ik de gastdichter. Ik bracht de sprookjescyclus en een ingekorte versie van De Nacht, en las voor uit Alleen met jou en Soms gaan bomen staande dood.
Mezelf kon ik niet zien, maar het publiek was meesterlijk!
En tijdens het Free podium na de pauze waren onder meer aan het woord: Runa S., Stefan Heulot, Bert Deben en iemand van wie ik de naam niet weet maar van wie de blog hier te vinden is.
My muse is not a horse
Nick Cave in een brief aan MTV nadat hij genomineerd was voor een MTV-Award:
“My relationship with my muse is a delicate one at the best of times and I feel that it is my duty to protect her from influences that may offend her fragile nature.
She comes to me with the gift of song and in return I treat her with the respect I feel she deserves — in this case this means not subjecting her to the indignities of judgement and competition. My muse is not a horse and I am in no horse race and if indeed she was, still I would not harness her to this tumbrel — this bloody cart of severed heads and glittering prizes. My muse may spook! May bolt! May abandon me completely!”
De rest van deze prachtige brief kan je hier lezen.
Als alle spinnen slaperig de
hoeken van de kamers
zoeken om opgekruld te
wachten tot het zomer wordt
en hopen dat in tussentijd
geen mens hen zal ver-
moorden –
wil jij het universum
zien in winkelhallen –
fel verlicht om te negeren
dat het winter is en goed
verwarmd zodat je het ook
echt vergeet en schrikt van
hoe de wind snijdt als je
buiten komt en alles koopt
wat je niet nodig hebt –
ik weet wel dat het al decennia verboden is
om poëzie met een een moraal te schrijven –
maar wie moet dit dan zeggen als dichters
het niet mogen
– of is dit geen gedicht